Gezonde kalveren zijn fit en alert, ze drinken hun melk goed op, hebben een lichaamstemperatuur tussen de 38 en 39 graden en een glanzende vacht. Kalveren hebben een neutrale temperatuur zone tussen de 15 en 25 graden. Binnen deze zone hoeft een kalf niet haar energie te gebruiken om warm te blijven of af te koelen. Dit is erg belangrijk want een kalf heeft bij de geboorte weinig vetreserves en nog geen eigen afweermechanisme. De biest is dan ook van essentieel belang om het kalf een goede start te geven. Daarnaast speelt management een belangrijke rol in de ontwikkeling van het kalf om haar te beschermen tegen diarree en luchtweggezondheidsproblemen.
Diarree is een aandoening die bij veel kalveren regelmatig de kop op steekt. Bij infectieuze diarree nemen de ziekteverwekkers de overhand. Bij kalveren die last hebben van voedingsdiarree is alles erop gericht om rust in het maagdarmkanaal te creëren. Vaak is er iets aan te doen.
Gezonde longen zorgen voor maximale groei en ontwikkeling van het kalf én betere prestaties als melkkoe. Bij luchtwegproblemen is het ook aan te raden de voeding van het kalf aan te passen.
Biest bevat hoge concentraties antistoffen (IgG) die het kalf beschermen. Daarnaast bevat de biest energie, eiwitten, mineralen, vitaminen en stoffen die een positieve invloed hebben op de ontwikkeling van de dunne darm.
Voor het kalf op de wereld komt tref je als melkveehouder maatregelen om verzekerd te zijn van een goede start. Hygiëne rondom de jongste kalveren komt in vier stappen: de afkalfstal, de biest, de eenlingbox én de veehouder.
Schone en comfortabele kalverstallen helpen bij het creëren van een verzorgende omgeving voor kalveren, verminderen het risico op ziekte en stimuleren groei.
Direct na de geboorte krijgt het kalf zo snel en veel mogelijk hoogwaardige biest. Na 2 dagen biest krijgt het kalf 9 á 10 weken kalvermelkpoeder verstrekt. belangrijk is om zo snel als mogelijk de pensontwikkeling op gang te brengen.
home • Opfok thema’s